
Sarnami immaterieel erfgoed
Wij zijn een Hindoestaanse maatschappelijke organisatie die
het erfgoed levend houdt

Hindostaanse Immigratie
Na de afschaffing van de slavernij in 1863 was er in Suriname dringend behoefte aan arbeidskrachten. In de periode 1873-1916 emigreerden daarom ruim 34.000 Hindostanen uit Brits-Indië naar Suriname om daar als contractarbeider op de plantages te gaan werken.
De slavernij was in Suriname op 1 juli 1863 afgeschaft, waardoor de plantage-eigenaren op zoek gingen naar een nieuwe manier om het werk op de plantages runnend te houden. De tot slaaf gemaakten stonden vanaf 1 juli 1863 onder staatstoezicht, hoewel ze vrij waren moesten ze nog 10 jaar verplicht doorwerken op de plantages. De slavernij werd dus pas officieel afgeschaft op 1 juli 1873.
Met de aankomst van de Lalla Rookh start in Suriname een nieuw gemeenschap, die werkt onder het indentured labour systeem. De Lalla Rookh was de eerste boot die Hindostanen naar Suriname vervoerde. Deze boot verscheepte 410, en was zeker niet de laatste. Van dit soort transporten volgde er nog 63. In de meeste gevallen ging het om een reis van 99 dagen en overleed op zee een groot deel van de passagiers.
Beluister ook het lied gemaakt door Raj Mohan waarin de geschiedenis is verwoord:
In Suriname vond contractarbeid plaats tot 1939 (maar stopte in 1916 voor Hindostanen). Binnen de plantages ontstonden veel opstanden tijdens de tijd van contractarbeid. Er wordt gesproken van Hindostaans verzet met ongeveer 11 grote opstanden op verschillende plantages in Suriname. Op de plantages Resolutie en Alliance braken meerdere keren opstanden uit vanwege de zware werkomstandigheden, dit geldt ook voor andere plantages zoals Zoelen en Zorg en Hoop. Bij een andere opstand op plantage Alliance kwamen zowel Hindostanen als Javanen samen in opstand tegen het zware werk en de lage lonen
Het eerste schip vertrok op 26 februari 1873 en kwam op 4 juni aan. En op 5 juni mochten de mensen voet aan wal zetten van Suriname.


